Training

Hoe lang blijven we nog aan een dood (dressuur)paard trekken?

De dressuurwereld staat in de fik met een reeks schandalen die het vertrouwen in de sport ondermijnen. 

Hoewel het al langer broeit, begint eind 2023 het balletje te rollen wanneer er undercover beelden opduiken van Helgstrand. Gevolgd door een discutabele zege van Charlotte Fry op Jumping Amsterdam en de onthullingen rondom de praktijken van Cesar Parra. 

‘Cesar-gate’ neemt ondertussen Jeffrey Eppstein achtige vormen aan wanneer blijkt dat er een heel netwerk van elite dressuurlui betrokken zijn bij die praktijken.

Verlies van oorspronkelijke waarden

Deze hele situatie maakt dat de sport haar oorspronkelijke waarden van harmonie en partnerschap tussen ruiter en paard keihard aan het verliezen is.

De dressuursport is de afgelopen decennia veranderd een arena waarin winst en commercie de boventoon voeren. Waar paardenwelzijn en integriteit worden opgeofferd voor succes en prestige.

Het gaat allang niet meer om die ene speciale, onverwoestbare band tussen een paard en zijn ruiter die samen allerlei uitdagingen hebben overwonnen en dan kampioen worden.

Met het oog op de komende Olympische Spelen worden door de rijken nog snel een paar topdressuurpaarden voor astronomische bedragen aangeschaft. Daarmee is de magie er voor het publiek er wel af.

De vraag die steeds meer opkomt is: is de dressuurwereld nog te redden? Of zijn we aan een dood (dressuur)paard aan het trekken?

Maatregelen enkel voor de bühne

Van Parra dateren de eerste signalen van mishandeling al van 10 jaar geleden. De USEF (Amerikaanse Sportbond) deed aanvankelijk niets met de meldingen en beelden die zij onder ogen kregen. 

Pas toen de beelden op social media uitlekten kwamen zij in actie. Idem voor de zaak Strasser. Deze zaak van ernstige mishandeling werd al in 2018 bij de Canadese sportbond gemeld. Pas nu de zaak Parra mondiaal veel aandacht krijgt komen zij in actie.

De FEI en in het verlengde een aantal stamboeken gaan over tot schorsen en uitsluiten van onder andere Helgstrand en Parra. Maar de schorsingen en sancties zijn slechts oppervlakkige oplossingen voor diepgewortelde problemen.

 De maatregelen die tegen Helgstrand zijn genomen lijken meer voor de show dan daadwerkelijk effectief te zijn. Ondanks zijn schorsing en verwijdering uit het nationale Deense team, zet hij gewoon zijn business voort. Oké, hij rijdt in augustus geen proefje in Parijs. Hij heeft zijn toppaarden ondergebracht bij andere ruiters, dus zijn handelswaar staat evengoed in de etalage. Business as usual.

Eerst het geld, dan de moraal?

Dit werpt de vraag op naar de moraal in de dressuurtop. 

Isabell Werth, Patrik Kittel en Ludger Beerbaum nemen toppaarden van Helgstrandt over. Ook komen Werth en Beerbaum nog even opdraven in een door Helgstrandt georganiseerde clinic in de VS. 

Deze ruiters hebben een indrukwekkende staat van dienst, een stal vol paarden en de capaciteit om zelf paarden op te leiden tot het hoogste niveau. En daarbij ook nog eens een kapitaalkrachtige sponsor. Zij zijn in de positie om door daden te laten zien zien dat integriteit en paardenwelzijn boven winst en prestaties staan. Door zich openlijk te distantiëren. 

Maar ze kiezen toch anders.

‘Ich habe dass nicht gewüst”

Waar Werth eerder om principiële redenen weigerde in het zadel van Totilas te gaan zitten* lijken die principes niet meer relevant als het om het paard van Helgstrand gaat.

Na veel online kritiek op haar banden met hem komt zij uiteindelijk met een opmerkelijk statement. Zij heeft hem even diep in de ogen gekeken en na een goed gesprek geconcludeerd dat de man vrij is van alle blaam. Want zíj is bij hem op stal geweest en heeft niets verontrustends gezien. En roept het dressuurvolk vooral op om bij de feiten te blijven. 

Dat Helgstrand zelf als ruiter en handelaar al jarenlang met regelmaat in opspraak komt, vaak met beeldmateriaal dat er niet om liegt is haar blijkbaar éven ontgaan.

Nu kan het wél

Werth is ook medeauteur van een verklaring aan de FEI namens de IDRC (International Dressage Riders Club), IDTC (International Dressage Trainers Club) en de IDOC (International Dressage Officials Club). 

Nu de dressuur haar daadwerkelijke status als Olymische sport dreigt te verliezen roepen deze clubs de FEI op om nu wél al het mogelijke te doen. Geven ze de FEI groen licht om nu wél advocaten uit de kast te trekken om allerlei regelgeving te omzeilen om maatregelen te kunnen doorvoeren. Terwijl eerdere maatregelen zoals het optioneel stellen van stang en trens door deze clubs werden tegengehouden.

Gaslighting en damagecontrol

De reacties van belangrijke stakeholders hebben tot nu toe meer weg van een stevig staaltje gaslighting en damagecontrol uit angst voor verlies van gezicht, positie en poen, dan van échte bewustwording van de noodzaak van hervormingen. Hervormingen die nodig zijn om de dressuursport toekomst bestendig te maken en het welzijn van het paard te borgen.

Inconsistentie in jurering ondermijnen integriteit

De recente zege van Fry doet de geloofwaardigheid en toegankelijkheid voor zowel deelnemers als toeschouwers van dressuurwereld ook geen goed. 

In haar geval gaat het niet zozeer om mishandeling. Hoewel tegenstanders ieder beeld dat afwijkt van het ideaal aandragen als bewijs. De discussie over Fry als persoon leiden alleen maar af van het werkelijke probleem: vermeende belangenverstrengeling. 

Waar iedere dressuurruiter zonder naam een dikke onvoldoende op het protocol krijgt voor een halthouden en groeten waarbij het paard achteruit deinst, krijgt Fry een 6. Over de beoordeling van de rest van de kur is genoeg gezegd.

Door haar fans worden allerlei verzachtende omstandigheden opgevoerd voor de kritiek: Everdale heeft een neerwaartse romprichting, een stijl achterbeen, kampt met spanning. 

Allemaal hele plausibele verklaringen voor een wat mindere verrichting. Waar iedere dressuurliefhebber in een normale situatie begrip voor zou kunnen hebben. Maar niet in combinatie met de score van 88% en een eerste plaats. 

Terwijl er die zaterdag op Jumping Amsterdam heel wat combinaties rondreden die wél uitblonken op het punt van harmonie en partnerschap.

Hoop of uitgestelde teleurstelling?

Het publiek heeft in Amsterdam gesproken en het verlangt naar harmonie en oprechte verbondenheid tussen mens en paard. De publieksprijs ging naar Marlies van Baalen, die wél een stevig staaltje harmonie liet zien. 

Ook online is in de discussies een duidelijk verlangen naar de oorspronkelijke waarden van de dressuur te herkennen. Het is aan de FEI, sportbonden en stamboeken om naar dit verlangen te luisteren en veranderingen door te voeren die de integriteit van de sport herstellen.

Echter: door alle onthullingen bevindt de dressuursport zich nu op een kritiek kantelpunt en is het maar de vraag of een ommekeer nog op tijd komt.

Game over?

Het is niet mijn stijl om naam en toenaam te noemen, echter het zijn concrete gevolgen van de diepgewortelde problemen binnen de dressuursport die dankzij social media niet langer onder tafel geveegd kunnen worden. 

Degene die zich schuldig hebben gemaakt aan mishandeling moeten daarvan de consequenties ervaren. Maar daarmee zijn we er nog niet. 

Het is van cruciaal belang om het systeem als geheel te evalueren en te reflecteren op de vraag of de dressuursport nog wel houdbaar is? Of dat het spel is uitgespeeld?

Grenzen van ethiek en biomechanica overschreden?

Topsportpaarden worden tegen astronomische bedragen verkocht. Het wereldrecord staat op 96%. Scores rond de 85% zijn geen uitzondering meer. 

Niets kan oneindig groeien. Het steeds maar weer streven naar de overtreffende trap in sport en fokkerij heeft geleid tot het punt waarop de grenzen van wat ethisch en biomechanisch mogelijk is in zicht zijn. Of wellicht al worden overschreden.

Vergelijkbare problemen in andere hippische disciplines

Wanneer de dressuurwereld kijkt naar disciplines als Western Pleasure en de Tennessee Walking Horses dan zien we vergelijkbare diepgewortelde problemen. 

De Duitse bondscoach verdedigt een stevig potje rollkur en een vleugje roze schuim bij het paard van Matthias Rath met het argument dat het paard zo heet en zoveel hengst was. 

Dat valt in dezelfde categorie bullshit als Big Lick trainers die het gebruik van die enorme pads uitleggen als ‘helpend’ en bedoelt voor ‘schokdemping’. De onnatuurlijke geforceerde beweging van Western Pleasure paarden en Tennessee Walkers valt ons direct op. Maar voor geprepareerde dressuurpaarden gaan we massaal op de banken staan.

Functie versus show

Idem wanneer we kijken naar de hondenfokkerij. Daar zien we ook de overdrijving van fokrichtlijnen in het streven naar de overtreffende trap uitmonden in verziekte genenpoels en grote verschillen tussen show- en werklijnen. 

Waarbij de showlijnen vaak totaal niet meer functioneel zijn voor sport en werk. Zoals bijvoorbeeld bij de Duitse Herder. 

Kijkend naar rassen die helemaal geen werk of functie hebben, en waar de esthetiek echt de overhand heeft genomen, dan zien we nog veel meer miserabele schepsels. Zoals rassen met extreem platte snuiten en andere extreme uiterlijke kenmerken die een directe negatieve impact hebben op hun gezondheid en welzijn.

Kijken we naar belofte volle jonge dressuurpaarden op keuringen dan lijken die met hun lange benen en halzen nauwelijks nog op dat ene gedrongen kortbenige dressuurpaard die met 96% nog het dichtst in de buurt kwam van perfectie: Valegro.

Reflectie op het systeem

Wanneer wij als buitenstaander naar de hondenwereld en andere hippische disciplines kijken waar esthetiek ook een grote rol speelt, dan zien we de problemen klip en klaar. Maar als het gaat om de reflectie van de dressuursport op haar eigen systeem, blijft het stil. En komt de discussie vaak niet verder dan wat aanvallen op de man. 

Wat we van andere disciplines en sport/hobby dierfokkerij kunnen leren is dat zelfregulering daar ook vaak niet voldoende is gebleken om excessen te voorkomen.

Dressuurwereld uitzondering op de regel?

De vraag is of de dressuurwereld hierop nu wel de uitzondering gaat zijn? Of dat de belangen van belangrijke stakeholders toch te groot zijn om het tij te keren? 

Het feit dat goede sportpaarden miljoenen waard zijn, creëert perverse prikkels die een direct gevaar zijn voor hun welzijn. Anno 2024 is het argument dat topsportpaarden niet presteren als ze niet happy zijn absoluut niet meer houdbaar. Hoe vaker we dat roepen, hoe ongeloofwaardiger we ons maken.

Hervormingen van het systeem gaan ongetwijfeld consequenties hebben voor de gevestigde orde die er nu hun voordeel van doen. Die zitten niet te wachten op verlies van positie, gezicht of omzet. Dat is inmiddels wel gebleken.

Verbinden of barsten

De recente onthullingen zijn niet alleen voer voor activisten en tegenstanders van de paardensport. 

Veel echte dressuurliefhebbers, ruiters, trainers, fokkers hebben lang de fouten in het systeem met de mantel der dressuurpaardenliefde bedekt. In de hoop dat het tij nog op tijd zou keren. Maar ook uit angst voor de gevolgen.

Nu een aantal insiders toch de moed hebben gehad om misstanden aan het licht te brengen, is dit wellicht nog maar het begin. Toch bestaat er een kans dat dit sneeuwbaleffect positief uitpakt. 

Het kan ook een gevoel van solidariteit creëren onder de welwillende dressuur- en paardenliefhebbers die hen helpt boven de interne verdeeldheid uit te stijgen. In het licht van de recente onthullingen en het blootleggen van de manco’s in het systeem zijn de discussies over wel of geen bit, ijzers en andere dogmatische tegenstellingen slechts geneuzel.

Actie ondernemen of plaatsmaken

Met meer insiders die zich uitspreken en verbinden, kan de druk op autoriteiten en organisaties toenemen om verantwoording af te leggen en actie te ondernemen om de sport te verbeteren. 

Een uitkomst kan ook zijn dat daarmee het einde van de dressuursport wordt ingeluid. Daarmee is in ieder geval één welzijnsprobleem opgelost: zonder prestigieus internationaal circuit van dressuurwedstrijden zijn al die topsportpaarden in één klap geen cent meer waard. Is die perverse prikkel alvast geëlimineerd.

In dat geval zit er niets anders op dan plaats te maken voor opkomende hippische disciplines die wél in staat zijn zich ontwikkelen in lijn met evoluerende maatschappelijke normen en waarden.

*Schockemöhle, succesvol springruiter in de jaren 80 met Deister, kreeg na de koop van Totilas een voor hem flinke teleurstelling te verwerken. De amazone van zijn voorkeur, Isabell Werth, weigerde plaats te nemen in het zadel van Totilas. “Ik rij alleen paarden welke ik zelf opgeleid heb” aldus de Duitse amazone. Dit wordt bevestigd door sponsor Madeleine Winter-Schulze. ‘Als Isabell Totilas had willen rijden had ik hem zelf voor haar gekocht” geeft ze aan.

Wat we van andere disciplines en sport/hobby dierfokkerij kunnen leren is dat zelfregulering daar ook vaak niet voldoende is gebleken om excessen te voorkomen.

Gratis Trainingsvideo

Creëer jouw (Hippische) droombedrijf

Je ideale bedrijf ‘krijg’ je niet zomaar. Nee, die creëer je door het maken van bewuste keuzes. Benieuwd welke keuzes dat zijn? Je ziet het in mijn gratis trainingsvideo.

Creëer jouw (Hippische) droombedrijf

Je ideale bedrijf ‘krijg’ je niet zomaar. Nee, die creëer je door het maken van bewuste keuzes. Benieuwd welke keuzes dat zijn? Je ziet het in mijn gratis trainingsvideo.

20 reacties

  1. Duidelijk verhaal!
    Jammer dat de eens zo mooie dressuur naar z’n grootje is geholpen . De harmonie ontbreekt veel te vaak .
    Citeer een grootmeester ” de dressuur is er voor het paard , het paard is er niet voor de dressuur ”
    Kijk al jaren niet graag meer naar topsport wedstrijden, ze kunnen me zelden meer kippenvel bezorgen , enkel ergernis en diepe medelijden met de paarden!
    Veel te vergevingsgezind die paarden

  2. Zo mee eens! Helaas zie ik vooral ook bij de basis sport en dan vooral de jeugd schrijnende voorbeelden. Kinderen die hun pony korter, korter. Korter (!!) moeten maken. En de ouders die hun kinderen dit laten doen om hun dromen waar te maken.
    Het begint ook daar bij de jury’s om ECHTE harmonie te belonen en geen hoge punten geven voor strak getrokken paarden en pony’s die allemaal achter de loodlijn lopen.

  3. “Mensen” vinden dit stuk waarschijnlijk te negatief, maar ik las vorige week iets in de trant van “negativiteit stopt wanneer tegengeluid niet als kritiek wordt gezien maar als feedback” en denk dat iedereen die dit leest en zich aangesproken voelt daaraan moet denken.

    ps. charlotte dujardin is ook niet diegene met de meest zachte hand, alhoewel zij zich er wel van bewust is en ermee bezig is in tegenstelling tot genoeg andere ruiters. Daar zit voor mij het “nuanceverschil” zoals Isabel het zo mooi verwoorde

  4. duidelijk artikel. Laten we beginnen bij de start en juryleden zo opleidden dan de ‘gewone’ ruiters en amazones, en zeker de jonge, niet beloond worden voor verkeerd gedrag en rijden. Daar is nog zo veel te winnen!

  5. We moeten oppassen dat we deze mooie sport niet kwijtraken. Maar dan moet de sport niet ten koste gaan van het paard. Het is al begonnen toen de FEI een te strakke stangteugel niet meer afstrafte. Een stangteugel hoort met zeer lichte aanleuning en zelfs met een boogje in de teugel, gebruikt te worden. Tegenwoordig zie je bijna alleen nog strakke, doorgeslagen stangteugels. Blijkbaar leert men niet meer hoe je echt dressuur moet rijden. Met veel geduld en harmonie. Samen met je paard bouwen aan het beste wat je kunt bereiken. Niet met het paard als instrument maar als partner. En niet voor veel geld maar voor liefde voor het paard.

  6. Mooi geschreven dit is al een tijdje bezig. Goed dat het nu in de media terecht komt en hopelijk komt er verandering in voor onze paarden maar ook voor de ruiters want die weten het soms ook niet meer.

  7. Goed geschreven stuk. Ik oersoonkijk heb altijd met slof gereden omdat ie zo sterk was. Sinds 1,5 jaar overgestapt op een andere instructie en heb opnieuw moeten leren rijden (rij al bijna 50 jaar paard en rij lichte tour). Wat een verademing. Mijn leerlingen geef ik dit ook mee maar sommige haken af. En dan vooral de jeugd, die gaan voor het “snelle” werk. Ze zien toch wat de rol doet en willen dat ook. Het is tijd dat de ommekeer komt. Misschien dat je bijv alleen mee mag rijden met Olympische spelen als je min 5 jaar een combinatie bent, of misschien langer, want een goeie opleiding kost veel tijd en veel liefde van beide kanten.

  8. 10 jaar geleden had ik de “indruk ” dat ” moderne ” dressuur zo ver afstond van ” klassieke ” rijkunst . In alle opzichten de tijd nemen om met respect voor de leeftijd van het paard door correct gymnastiserend werk het paard in harmonie met zijn ruiter te laten bewegen . Ik vond deze voorwaarden niet terug in de moderne manier van rijden . Meermaals heb ik geprobeerd vanuit een verwondering en open vraag te communiceren met mijn lesgevers .
    Ik had de indruk dat men niet begreep wat ik bedoelde . Ik kreeg ook nergens gehoor .
    Een beeldend kunstenaar , met een immens gevoel voor paarden , een kennis van biomechanica en feeling voor het rijkunst , heeft me de essentie en het plezier van het rijden bijgebracht . Ver weg van de sportwereld .
    Het wordt tijd dat er terug rijmeesters opstaan , en naar waarde geschat worden .
    Het wordt tijd dat een paard weer bekeken wordt als een edel dier .
    Niet als ” werktuig ” om ego’s en portefeuilles te verzadigen maar wel als een individu , in zijn volledige hoedanigheid , met een rijke gevoelswereld , als een kuddedier met recht op een sociale levenswijze , buiten .

  9. Heel scherpe analyse! Inderdaad: verenigen, verbinden en bij de wortel aanpakken. Jurysystemen, beoordelingsmechanismen en -criteria en instructeursopleidingen kritisch onder de loep nemen. Elke paardenhouder, professioneel of hobbymatig, verplicht stellen om bepaalde essentiële basiskennis te beheersen voordat er op wedstrijden mag worden gestart. Maar ook: de fokkerij en fokdoelstellingen bijstellen…paarden moeten gezond kunnen blijven in het werk, erfelijke afwijkingen en welzijnsbeperkende genetische factoren moeten in kaart worden gebracht en natuurlijk moet daar ook met naam en toenaam door de stamboeken en hengstenhouders openheid in worden gegeven. Pas dan kunnen fokkers weloverwogen besluiten nemen.

  10. Goed geschreven en onderbouwd. We hebben alleen nog een lange weg te gaan. Kijk maar eens naar de opleiding van instructeurs vandaag, daar worden (veel) mensen opgeleid, die uit de cultuur komen van dwang, kort houden en strak in de hals rijden. Voordat die naar voorwaarts in ontspanning, met lengte en vriendelijk rijden komen, is nog een lange weg te gaan. Ook bij het jureren zie en hoor ik nog te vaak dat het spectaculaire voorbeen het wint van de het paard dat fijn vanuit de achterhand naar voren loopt. Ik hou hoop en mijn vingers gekruist, dat we nog lang van onze mooie band met paarden kunnen genieten.

  11. Helemaal mee eens. Waar paardensport vooral een sport voor samenwerking tussen ruiter en paard zou moeten zijn draait het helaas in de top om geld verdienen en weerspiegelt dit naar de basis sport en recreatieruiters. Gelukkig gaan steeds meer mensen zien dat dit nooit de bedoeling was waarom ze ooit ‘iets’ met paarden zijn gaan doen.
    Juist het sámen werken, echte samenwerking is het hoogste plezier in de omgang mét je paard.
    Niet alleen plezier voor jou maar vooral voor je paard.
    Vraag je dan ook wel eens af: Wat heeft mijn paard van mij nodig?
    Als jij daar aan kan voldoen dan heb je geen rolkür of andere onderdrukkende middelen en manieren nodig om samen het hoogste haalbare te bereiken.

    Helaas ziet het jurycorps dat nog anders en zolang dat niet verandert zal het nog een lange adem zijn voordat ook de massa meegaat in de verandering voor hun geliefde paarden.

  12. Als men eerst een begint met de mensen die aan het beoordelen zijn..
    Hoe vaak ik wel niet van mijn leerlingen te horen krijg dat hun paard meer nageeflijk of aan elkaar moet. En dit zelfs bij de ponyruitertjes en B klasse.
    De wedstrijdruiter rijdt dan vanzelf niet meer in harmonie omdat ze anders geen punten krijgen.
    Dus de ruiter gaat rijden zoals de jury het graag wil zien. En bovendien hoeveel mensen steken daadwerkelijk tijd en energie om een paard op te leiden?
    Vorige jaar een bijscholing bijgewoond in Ermelo. Daarin kwamen junioren en youngriders aan bod.
    De jeugd reed op paarden die of een van de ouders hadden opgeleid of al op hoger niveau gelopen hadden.
    Toevallig zat ik naast meneer Hamminga die vertelde hoe knap het wel niet was wat die meiden deden.
    Ik zei ik vind het pas knap als die meiden de paarden ook zelf hadden opgeleid.
    Daar komt straks een tekort aan en gebrek aan kennis.
    Dus inderdaad de basiskennis en wat we vroeger deden een beetje aanprutsen daar wordt niemand minder van!

    1. DAAR zit nu net het probleem. Dat zeg je heel goed. Paarden worden getraind gekocht of door geschoven en kijk es hoe goed het gaat… Steeds meer mensen met paarden en geen paardemensen meer over…. Zelf kijk ik ook geen filmpjes meer van clip your horse. Allemaal trekpaarden en schoppen is ook niet van de lucht.. Sneu dat zo’n mooie sport door de FEI voorop en de landelijke daarachteraan niks aan doet. (In NL KNHS, maar in het buitenland ook….) Zelf op naam wordt er al jaren gepunt. WAARDELOOS.

  13. Ja ik maak me ook ernstig zorgen over de paardensport en dan in mijn geval de dressuursport. Als je dan een jury op de HK hoort blaten over hoe moeilijk het op dit moment is en hoe we onder een vergrootglas liggen en harmonie daarom zo belangrijk is en daarna iemand de arena in komt die zijn paard zo verschrikkelijk kort heeft en achter de loodlijn rijdt dan vraag je je echt af of ze het echt wel snappen? Ik ben geen geweldige ruiter maar ik had echt vaak meer punten in mijn proef als ik een een strak, gespannen paard had als wanneer ik een los en fijn te rijden paard hard. Dan kreeg ik steevast te horen dat de oprichting beter moest etc. Ik denk dat vooral in de basissport er veel jury’s en instructeurs rondlopen die met alle goede bedoelingen nog steeds de verkeerde dingen belonen. En daar helpt een verbod op stang en trens in het Z1 en bandages echt niet bij, dat zijn populistische maatregelen tegen de symptomen die de oorzaken niet wegnemen. Want zolang er op die manier gepunt blijft worden zal er niets veranderen denk ik. Vooral bij de jeugd zie ik echt schrijnende situaties met bloedfanatieke ouders langs de kant. En dat moet dan de toekomst hebben… Er zullen echt mensen op de juiste plaatsen heel impopulaire beslissingen moeten nemen. Want de winnen de favorieten ineens niet meer vanzelfspreken.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Meer Blogs

Krijg direct toegang tot de trainingsvideo